Door de bomen het bos zien in landbouwgebied.

Bebossing in landbouwgebied

Het gewestplan heeft destijds bepaalde gronden als bestemming landbouwgebied gegeven. Die beslissing staat momenteel sterk onder druk.

  • Tal van andere maatschappelijke aanspraken worden geformuleerd. Zo kan de behoefte aan natuur en recreatie leiden tot een vraag naar meer bebossing en wordt die niet alleen gerealiseerd binnen de natuurgebieden, maar ook daarbuiten en dus eveneens in landbouwgebied.
  • Evoluties in de paardenhouderij, een economische sector die aan belang wint, leiden tot de zogenaamde verpaarding van het landbouwgebied.
  • Door het steeds meer verdwijnen van open ruimtes ontstaat er nagenoeg een schaarste aan landbouwgronden. De impact op de steeds hogere pachtprijzen zijn duidelijk voelbaar voor de landbouwers. Daarnaast zetten de stikstofproblematiek en het recente PAS-arrest van de Raad voor Vergunningsbetwistingen bijkomende remmen op de ontwikkeling van landbouwactiviteiten in de daarvoor bestemde zones.

De pachtwet

De pachtwet kan in deze context slechts in beperkte mate haar beschermende rol ten aanzien van de pachter vervullen.

Het Vlaams Gewest en in concreto het Agentschap voor Natuur en Bos koopt immers vaak gronden op in landbouwgebied met het oog op bebossing ervan.

Soms gaat het om een vrijwillige overdracht van een landbouwer die zijn activiteiten stopzet. In andere gevallen beslist de eigenaar zijn gronden te verkopen aan het Vlaams Gewest of oefent het Vlaams Gewest een voorkooprecht uit.

De pachter verliest zijn recht van voorkoop, wanneer gronden worden verkocht aan een overheid voor doeleinden van algemeen belang

Artikel 52, 3° Pachtwet bepaalt dat de pachter geen recht van voorkoop heeft in geval van verkoop van het perceel aan een openbaar bestuur of een publiekrechtelijke persoon om voor doeleinden van algemeen belang te worden aangewend.

De rechtbank kan de vervulling van deze voorwaarden slechts marginaal toetsen. Wat doeleinden van algemeen belang zijn, dient in de eerste plaats door de overheid zelf te worden ingevuld, niet door de rechter. De rechter kan zich niet in de plaats van de overheid stellen. De rechter kan wel nagaan of een beslissing goed gemotiveerd is en of zij niet kennelijk onredelijk is.

Meestal beschikt het Agentschap Natuur en Bos over tal van studies over het terrein, de aanwezige levende organismen, de ontwikkelingspotentie van het gebied en zal de verwerving van het perceel kaderen in een breder gebiedsgericht actieplan.

Timing van realisatie

De Pachtwet voorziet niet dat de overheid de doelstelling van algemeen belang onmiddellijk moet kunnen realiseren (P. Baudinet, e.a., De Landpacht, een stand van zaken, Die Keure 2015, blz. 376 nr. 32; Cass., 20.02.1980, Arr.Cass., 1979-80 737). Het volstaat dat de intentie tot aankoop berust op redenen van algemeen belang.

Voor wie de redenen van algemeen belang wil betwisten, zal het tegenbewijs vrij moeilijk zijn. Gevolg: de verkoop zal dus vaak rechtsgeldig zijn.

De verkoop zelf stelt echter nog geen einde aan de pachtovereenkomst. De zittende pachter blijft zijn rechten behouden ook bij overdracht voor redenen van algemeen belang aan het Vlaams Gewest.

Het Vlaams Gewest of het Agentschap voor Natuur en Bos – de gronden worden immers door de overheid naar deze instantie overgedragen – zullen vervolgens echter kunnen overgaan tot het betekenen van een opzeg van de pachtovereenkomst voor redenen van algemeen belang.

Hierbij moeten wel een aantal vormvoorwaarden worden nageleefd, een wettelijke opzegtermijn worden gerespecteerd en een eindepachtvergoeding worden betaald.

De pachter heeft daarbij recht op de gewone, maar ook op de bijzondere eindepachtvergoeding.

Meestal zal deze dienen begroot te worden door een gerechtsdeskundige, wanneer het eenzijdig verslag dat de administratie als basis voor een onderhandeling hanteert, weinig onderbouwd is en voor betwisting vatbaar is.

 

Principiële vraag: is bebossing mogelijk in landbouwgebied?

De rechtspraak aanvaardt dat bebossing niet onmogelijk is in landbouwgebied.

Artikel 11 van het Inrichtingsbesluit van 1972 voorziet dat de agrarische gebieden bestemd zijn voor de landbouw in de ruime zin, maar bepaalt ook dat de overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

Bebossing in landbouwgebied is geregeld in artikel 35 bis Veldwetboek en is onderworpen aan een vergunningsplicht door het college van burgemeester en schepenen.

In de voor de landbouw bestemde gedeelten van het grondgebied is bosaanplanting verboden op minder dan zes meter van de scheidingslijn tussen twee erven. Bovendien is vergunning van het college van burgemeester en schepenen vereist. Het college beslist binnen dertig dagen na de indiening van de aanvraag. Doet het dit niet binnen die termijn, wordt de vergunning geacht verleend te zijn.

De weigering van de vergunning is met redenen omkleed. Binnen een maand na de kennisgeving kan beroep worden ingesteld bij de deputatie van de provincie.

Bij de weigering van de vergunning tot bebossing kan ( administratief ) beroep ingesteld worden bij de deputatie van de provincie, waarna nog jurisdictioneel beroep kan worden ingesteld.

Indien de landbouwer, pachter of zijn beroepsorganisatie beroep wenst aan te tekenen tegen de toekenning van een vergunning tot bebossing, zullen zij echter geen administratief beroep kunnen instellen bij de deputatie, maar zullen de argumenten tegen deze beslissing rechtstreeks aan de Raad van State moeten worden voorgelegd.

Wil u meer informatie of heeft u vragen, neem dan contact op met Mr.  Luc Beerden via e-mail op l.beerden@villajuris.be